Observeer de vogeltrek en de winterse rondes van vogels
Elk jaar verandert de trek onze landschappen in een groots natuurtheater. Aan het einde van het broedseizoen verlaten veel soorten hun broedplaatsen om te ontsnappen aan de strenge winter. In Noord-Europa ontnemen besneeuwde en bevroren vlaktes de vogels hun voedselbronnen, terwijl in de gematigde streken het verdwijnen van insecten ook insectenetende soorten tot verplaatsing dwingt.
De verschillende typen trekvogels
De verplaatsingen van vogels verschillen per soort:
- Transsahariaanse trekvogels: zij verlaten Europa volledig om naar Afrika te trekken.
- Partiële trekvogels: zij trekken naar het zuiden maar blijven op het Europese continent.
- Sedentaire soorten: zij blijven het hele jaar ter plaatse.
Een belangrijke trekcorridor: de Elzas
De Elzas wordt een waar knooppunt tijdens de herfsttrek. Het spektakel is bijzonder indrukwekkend in de Vogezenpassen, waar duiven en vinken de bergen met tienduizenden per dag kunnen oversteken, vooral tussen eind september en half oktober. De beste observatieplaatsen zijn onder andere de helling van Fréconrupt, de Bagenelles-pas en de passen van Herrenberg, Hahnenbrunnen en Markstein.
Trek van roofvogels
Van eind augustus tot eind oktober verplaatsen roofvogels zich massaal. De wespendief markeert de eerste migratiepiek (tot wel 1.000 exemplaren per dag), gevolgd door de rode wouw, de sperwer en de buizerd bij de tweede, meer uitgesproken piek. Soms verlengen koude golven deze bewegingen tot diep in de winter.
Wetlands en zangvogels
De Rijngebieden, grindgaten en vochtige weilanden trekken steltlopers aan. Hoewel hun aantallen bescheiden zijn vergeleken met kustgebieden, kan de kievit er toch met duizenden tegelijk worden waargenomen. Wat betreft zangvogels, zoals de gele kwikstaart, paapje, tapuit of bonte vliegenvanger, maken zij zichtbare tussenstops in de vlaktes en weilanden.
Andere opmerkelijke soorten
De bijeneter, de goudplevier, de zwarte ooievaar, de boompieper, de kraanvogel en ook de kramsvogel verrijken dit migratiebeeld afhankelijk van het seizoen en de weersomstandigheden.
De winterse rondes van mezen
Midden in de winter lijken bossen en hagen vaak stil. Toch kan een scherp piepje de aanwezigheid van een mees verraden, al snel gevolgd door meerdere anderen. Zo ontstaan de winterse rondes, dynamische groepen die tot wel twintig individuen, soms meer, kunnen omvatten.
Deze groepen bestaan uit verschillende soorten: pimpelmezen, koolmezen en glanskoppen in de laagvlakten, aangevuld met zwarte mezen en kuifmezen in de bergen. Staartmezen daarentegen vormen graag homogene troepen.
Andere soorten vertonen dit gedrag: gekuifde en driestreepige goudhaan, maar ook kleine bonte specht, tuinboomkruiper en boomklever. Deze collectieve organisatie vergemakkelijkt het zoeken naar voedsel en het opsporen van roofdieren. Wanneer ze een goed gevulde voederplaats ontdekken, kunnen deze zwervende troepen zich zelfs langdurig in de omgeving vestigen.
Welke uitrusting om deze vogels te observeren?
Om van dit schouwspel te genieten, is het essentieel om geschikte verrekijkers te hebben. Hier zijn enkele modellen verkrijgbaar op Jumelles.com, met een brede prijsklasse (100 € tot 1900 €):
- Instapmodel (~100 €): Tasco Offshore 12×25, compact en praktisch voor beginners.
- Middenklasse (~299 €): Nikon PROSTAFF P7 10×42, robuust en veelzijdig.
- Intermediair (~459 €): Zeiss Terra ED, met uitstekende lichttransmissie en precisie.
- Hoogwaardig (~1099 €): Vortex Razor UHD 10×42, hoogwaardige optiek voor gedetailleerde observatie.
- Premium (~1529 €): Zeiss Conquest HD 15×56, dé referentie voor veeleisende ornithologen.
Met deze uitrusting wordt elke waarneming — van herfsttrek tot winterse rondes — een onvergetelijke ervaring.